Wanneer heeft nachtverlaging zin?

Thermostaat-nachtverlagingNachtverlaging is de term voor het ’s nachts of tijdens afwezigheid verlagen van de ingestelde temperatuur op de thermostaat of het verwarmingssysteem zelfs helemaal uit zetten. Er is op het internet heel veel te vinden over de zin en onzin van nachtverlaging, maar toch is het nog steeds niet helemaal duidelijk voor veel mensen (of juist onduidelijk door de vele verschillende berichten). Daarom zal ik proberen hier het e.e.a. uit te leggen over de zin en onzin van nachtverlaging.

Hoe werkt nachtverlaging?
Nachtverlaging werkt eigenlijk heel simpel: Warmteverlies is recht evenredig met het temperatuurverschil tussen de hoge en de lage temperatuur. Bij een gebouw betekend dit dat het warmteverlies recht evenredig is met het temperatuurverschil tussen binnen en buiten. Aangezien we weinig controle hebben over de temperatuur buiten kunnen we alleen de temperatuur binnen verlagen om het warmteverlies te beperken (zonder iets aan het gebouw te veranderen in ieder geval).

Dit is ook de reden waarom het zo effectief is om de thermostaattemperatuur te verlagen. Een permanente verlaging van de gemiddelde etmaaltemperatuur met één graden Celsius levert ongeveer 10% besparing op, op jaarbasis. Het is echter toch gewenst om tijdens gebruik een bepaalde minimumtemperatuur te handhaven vanwege het comfort, dus om verder te besparen blijft dan alleen een temperatuurverlaging buiten de gebruiksperioden over. Buiten de gebruiksperiode kan de temperatuur van het gebouw met een relatief beperkte impact voor het comfort verlaagd worden. Het verlagen van de temperatuur buiten de gebruiksperiode is wat we nachtverlaging noemen.

Hoe groot is dan de besparing?
De besparing is afhankelijk van de temperatuurverlaging en de duur van de verlaging (eigenlijk ook van de mate van isolatie, maar ik probeer hier de relatieve besparing te berekenen). Het exact berekenen van de besparing is echter heel lastig (lees: praktisch onmogelijk), maar als we weten dat een verlaging van één graden Celsius 10% besparing oplevert, dan kunnen we wel een goede benadering maken. Hieronder staan een aantal voorbeelden van hoe het temperatuurverloop zou kunnen zijn als de thermostaat in verschillende woningen 10 uur per dag op 21C staat en de rest van de tijd op 16C tijdens een koude winterdag.

Temperatuurverloop met nachtverlaging in een goed geïsoleerd huis

Een goed geisoleerd huis heeft veel tijd nodig om af te koelen en zal vaak niet de ingestelde nachtverlagingstemperatuur bereiken alvorens de thermostaat weer omhoog gaat. De besparing in deze situatie is dan ook het kleinst.

Temperatuurverloop met nachtverlaging in een gemiddeld geïsoleerd huis

In een gemiddeld geïsoleerd huis daalt de temperatuur sneller nadat de thermostaattemperatuur verlaagd is. Daardoor is de gemiddelde etmaaltemperatuur ook lager en de besparing dus groter.

Temperatuurverloop met nachtverlaging in een slecht geïsoleerd huis

Bij een slecht geïsoleerd huis daalt de binnentemperatuur snel en heeft nachtverlaging dus ook duidelijk veel nut.


Deze grafieken zijn puur ter illustratie en geven een vereenvoudigd beeld. Ieder huis is anders en in werkelijkheid daalt de temperatuur zelden lineair.

Ik heb op site X gelezen dat nachtverlaging ook in geval Y zinnig is?
Puur theoretisch levert nachtverlaging eigenlijk altijd een besparing op. Hoe groot deze besparing is varieert echter sterk afhankelijk van de situatie. Soms is die heel groot (in een huis met veel warmteverlies en/of een lage thermische massa bijvoorbeeld) en soms levert het bijna niets op (in een passiefhuis bijvoorbeeld). Als nachtverlaging weinig oplevert, dan komt echter de vraag naar boven of het de moeite en het verminderde comfort wel waard is, maar dat is iets wat iedereen voor zichzelf moet bepalen.

Hoe beïnvloed nachtverlaging het comfort?

  • Het gebouw wordt toch gebruikt tijdens de nachtverlaging, bijvoorbeeld om te slapen of bij utiliteitsbouw voor onderhoud of overwerk.
  • Het gebouw wordt onverwacht toch gebruikt, bijvoorbeeld omdat iemand eerder thuis is of bij gebruik buiten de normale openingstijden.
  • Als het gebouw niet met een klokthermostaat werkt, dan moet de gebruiker bij aanvang en na afloop van gebruik zelf de thermostaat bedienen en hier ook consequent aan denken.
  • Als het gebouw niet met een klokthermostaat werkt, dan moet bij aanvang van het gebruik gewacht worden tot het gebouw weer op temperatuur is of de gebruiker moet de thermostaat van tevoren al verhogen.
  • Een gebouw wat uit de nachtverlaging komt is nog niet door en door opgewarmd. Sommige ruimtes warmen mogelijk minder snel op (dit kan duiden op een probleem en reden zijn voor een Warmtecheck), maar ook als de lucht wel op temperatuur is zijn de massieve objecten nog koud (denk aan muren die veel straling absorberen of meubels e.d. die nog koud zijn) wat een kil gevoel geeft.

Vloerverwarming inregelen

Ik heb vandaag de vloerverwarming ingeregeld met de warmtebeeldcamera. De pomp van de vloerverwarming stond standaard op stand 3. Naast het hoogste stroomverbruik (95W) heeft de pomp dan ook de grootste pompcapaciteit. Puur gevoelsmatig ging ik er altijd vanuit dat dit ook direct betekend dat de vloerverwarming dan het snelst opwarmt. Om dit te controleren heb ik nu twee infrarood beelden gemaakt van de verdeler in zowel stand 3 alsook in stand 1 en intussen de parameters van de CV-ketel in de gaten gehouden.

Van boven komt het bijna 43C water van de CV-ketel en van links komt het ruim 30C water retour van de vloerverwarming en worden samen door de pomp naar beneden gepompt. Doordat de vloerverwarmingspomp meer water aanzuigt dan de CV levert wordt er een deel van het retourwater bij gemixed, waardoor de temperatuur van het water dat de vloerverwarming in gaat ruim 34C is.

Hier weer hetzelfde beeld als hierboven, maar doordat de pomp nu op stand 1 staat in plaats van op stand 3 zuigt de pomp minder retourwater aan, waardoor de temperatuur van het gemixte water ongeveer 5C hoger ligt. Doordat het water nu langzamer door de vloerverwarming stroomt koelt het meer af, maar dit wordt grotendeels gecompenseerd door de hogere aanvoertemperatuur.

Wat hieruit dus blijkt is dat de vloerverwarmingspomp in stand 1 beter matched met de aanvoer van de CV, waardoor het warme water beter benut wordt. De aanvoertemperatuur van de vloerverwarming stijgt, terwijl de retour temperatuuur gelijk blijft. Het blijkt ook uit de parameters van de CV-ketel die aangeeft dat het verschil tussen aanvoer en retour is gestegen van 12C naar 14C. Dit betekend dat de vloer warmer wordt, terwijl de pomp minder hard draait en daardoor van 95W naar 45W terug gaat. Het grotere temperatuurverschil in de CV-ketel zorgt er tevens voor dat deze beter kan condenseren en dus een klein beetje efficiënter werkt.

Zonnepanelen checken

Recent was er veel ophef over slecht presterende zonnepanelen. Dus nu wij zelf net zonnepanelen hebben geïnstalleerd heb ik meteen de warmtebeeldcamera gepakt en de boel eens aan een nadere inspectie onderworpen. Hieronder staat een panorama die ik heb samengesteld van de gemaakte beelden. Er lijkt weinig aan de hand behalve het 12de paneel op de onderste rij. Deze vertoond in de rechtse vijf cellen van de onderste rij abnormale opwarming.

Zonnepanelen in infrarood bekeken

Vandaag heb ik een warmtecheck uitgevoerd op dit dak gevuld met zonnepanelen. Hier heb ik toen een panorama van gemaakt om een goed overzicht te van de zonnepanelen.

Ik heb kort voordat dit warmtebeeld gemaakt werd de heg gesnoeid waarvan de schaduw nog op de muur te zien is op de foto hieronder. Het is goed mogelijk dat de schaduw die enkele minuten geleden nog op deze cellen viel zorgde voor een “reverse bias current” in deze cellen, waardoor ze extra energie te verwerken kregen uit de andere cellen in de string en daardoor extra opwarming vertonen. Het is echter vreemd dat dit in 5 cellen horizontaal naast elkaar optreed, terwijl de cellen in kolommen van twee een by-pass diode hebben. Dit kan echter verklaard worden doordat de uiteinde van de takjes flink bewogen in de matig tot krachtige wind die hier vandaag woei. Hierdoor kregen deze vijf cellen allemaal met een beetje schaduw te maken van hetzelfde takje.

Foto van de zonnepanelen

Hier zijn is een deel van de zonnepanelen te zien die in warmtebeeld hierboven staan. Paneel 4 v.d. 6 in de onderste rij is het paneel met de hot-spot. In de schaduw op de muur is te zien dat ik zojuist een deel van het jonge schot op de heg heb weggeknipt omdat dit schaduw wierp op de panelen.

Voor meer informatie over de effecten van schaduw op zonnepanelen kunt u deze website raadplegen.

Verder heb ik nog warmtebeelden gemaakt van de technische installatie.

Hier is de inhoud van de lasdoos te zien waarop de twee omvormers aangesloten zijn. Aan de weergegeven temperaturen is te zien dat er maar weinig opwarming optreed zelfs bij langdurige vermogens van 4-5kW.

Warmtebeeld van de omvormers aan de muur.

De twee omvormers die de gelijkspanning van dit zonnestroomsysteem omzetten in wisselspanning, om in te voeden op het net, warmen onder belasting maar zeer beperkt op.

Ik heb nog meer warmtebeelden gemaakt van de installatie en ook hier komt weinig opmerkelijks naar voren. De installatie lijkt hiermee goed te functioneren.